Een interview met Olga Görts, directeur van Netwerk Conceptueel Bouwen.
Slimmer, sneller en duurzamer bouwen. Met een scherpe prijs-kwaliteitverhouding. Dát is de kracht van conceptueel ontwikkelen en bouwen volgens Olga Görts, directeur van Netwerk Conceptueel Bouwen.
Netwerk Conceptueel Bouwen werd ruim 20 jaar geleden opgericht met een duidelijke missie: de toepassing van woningconcepten stimuleren. Sinds 2019 staat Olga Görts aan het roer. Zij ziet dat er nu een omslag plaatsvindt. “Toen ik begon, hadden we zo’n 30 leden. Nu zijn dat er meer dan 130. Steeds meer partijen erkennen dat de bouw moet veranderen en zoeken ons op voor kennis en advies. Dankzij die verandering is het conceptenaanbod gegroeid én sluit het steeds beter aan op de markt.” En dat is nodig, vertelt Olga: “Want het aantal 1- en 2-persoonshuishoudens neemt toe en steeds meer ouderen met een zorgbehoefte blijven zelfstandig wonen.”
Daardoor groeit de vraag naar appartementen. “Maar de woningconceptontwikkeling voor deze vraag ligt wat complexer”, legt Olga uit. “De stedenbouwkundige randvoorwaarden op locatie zijn erg bepalend voor de oplossing. Daarom leent gestapelde woningbouw zich vooral voor procesconcepten: een herhaalbare bouwmethode, die ruimte laat voor variatie in vorm en uitstraling. We zien dat veel leden hier al mee bezig zijn, waaronder Hendriks. Een goede ontwikkeling.”
Tegelijkertijd is er nog veel te winnen. De stip op de horizon volgens Olga? “Dat over 5 jaar meer dan de helft van alle woningen conceptueel ontwikkeld en gebouwd wordt. De grootste uitdaging ligt daarbij in de cultuur- en organisatieverandering binnen organisaties.” Ook van corporaties, ontwikkelaars en gemeenten vraagt het een andere manier van werken, zegt Olga: “Voor hen geldt dat zij hun vraag moeten vertalen in prestatie-eisen en vervolgens het woningconcept kiezen dat daarbij past, in plaats van te denken in eigen oplossingen.”
Meer weten over Netwerk Conceptueel Bouwen?